EMDR

EMDR (Eye Movement Desensitization and Reprocessing) is een psychotherapeutische werkvorm die mensen in staat stelt om de gevolgen van traumatische levenservaringen te verwerken. Herhaalde studies tonen aan dat mensen door het gebruik van EMDR in relatief korte tijd voordelen kunnen ervaren waar de psychotherapie vroeger jaren nodig had om een verschil te kunnen maken.

Algemeen wordt aangenomen dat ernstig emotioneel trauma een lange tijd nodig heeft dit te verwerken. EMDR therapie toont aan dat de geest in feite kan genezen van psychologisch trauma, net zoals het lichaam herstelt van lichamelijk trauma.

Het lichaam kan een wond zelf genezen, zodra de wond vrij is van de blokkade die de wond in stand houdt. Op dezelfde manier kan een mentaal-emotionele wond genezen wanneer de blokkade wordt opgeheven. EMDR therapie begeleid zorgt ervoor dat de mentaal-emotionele blokkades worden opgeheven. Met behulp van de gedetailleerde protocollen en procedures die in de EMDR therapie trainingen worden geleerd, wordt dit genezingsproces geactiveerd en begeleid.

Het werkingsprincipe vindt plaats rondom de zogenaamde bilaterale stimulatie waarbij de linker en rechterhersenhelft afwisselend worden gestimuleerd. Dit kan door middel van oogbewegingen, auditieve signalen, tactiele signalen of een combinatie hiervan. Dit werkingsprincipe is gebaseerd op twee hypotheses, de REM-slaap hypothese en de werkgeheugen-hypothese.

Volgens de REM-slaap hypothese wordt het brein in dezelfde ‘verwerkingsstand’ gezet zoals dat in de REM-slaap ook gebeurt. Vanuit de werkgeheugen-hypothese wordt het werkgeheugen zoveel belast, dat de onverwerkte herinneringen niet meer onderdrukt kunnen worden en dus ook verwerkt gaan worden.

Uiteraard is het hiervoor noodzakelijk dat er eerst voldoende stabiliteit en veerkracht moet zijn voordat we met EMDR kunnen werken. Zeker bij complexere vormen van trauma is dit noodzakelijk en werken we fasegericht.